< Psalmen 83 >
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93 94 95 96 97 98 99 100 101 102 103 104 105 106 107 108 109 110 111 112 113 114 115 116 117 118 119 120 121 122 123 124 125 126 127 128 129 130 131 132 133 134 135 136 137 138 139 140 141 142 143 144 145 146 147 148 149 150
1)Een lied, een psalm van Asaf.1)2)
2)O God! zwijg niet, houd U niet als doof, en zijt niet stil, o God!
3)Want zie, Uw vijanden3) maken4) getier, en Uw haters steken het5) hoofd op.
4)Zij maken listiglijk een heimelijken aanslag tegen Uw volk,6) en beraadslagen zich tegen Uw verborgenen.7)
5)Zij hebben gezegd: Komt, en laat ons hen uitroeien, dat zij geen volk8) meer zijn; dat aan den naam Israels niet meer gedacht worde.
6)Want zij hebben in het hart te zamen geraadslaagd; tegen U hebben9) zij een verbond gemaakt;
7)De tenten van10) Edom en der Ismaelieten, Moab en de Hagarenen;11)
8)Gebal, en12) Ammon, en Amalek, Palestina13) met de inwoners van Tyrus.
9)Ook heeft zich Assur bij hen gevoegd; zij zijn den kinderen14) van Lot tot een arm15) geweest. Sela.
10)Doe hun16) als Midian, als Sisera,17) als Jabin18) aan de beek Kison;
11)Die verdelgd zijn te Endor;19) zij zijn geworden tot drek20) der aarde.
12)Maak hen21) en hun prinsen22) als Oreb23) en als Zeeb, en al hun vorsten als Zebah24) en als Zalmuna;
13)Die zeiden: Laat ons de schone25) woningen Gods voor ons in erfelijke bezitting nemen.
14)Mijn God! maak hen als een wervel,26) als stoppelen voor den wind.
15)Gelijk het vuur een woud verbrandt, en gelijk de vlam de bergen28) aansteekt;27)
16)Vervolg hen alzo met Uw onweder, en29) verschrik hen met Uw draaiwind.
17)Maak hun aangezicht vol schande, opdat zij,30) o HEERE! Uw Naam zoeken.
18)Laat hen beschaamd en verschrikt wezen tot in eeuwigheid, en laat hen schaamrood worden, en omkomen;
19)Opdat zij weten,31) dat Gij alleen met Uw Naam zijt de HEERE, de Allerhoogste over de ganse aarde.