Het vorstenhuis Nassau      door J. H. Gouka
Index

Hoofdstuk 1
Het leenstelsel
Hoofdstuk 2
De linie nassau-breda
Hoofdstuk 3
Willem van Oranje (1533-1584)
Hoofdstuk 4
Maurits (1567-1625
Hoofdstuk 5
Het stadschouderschap van Willem II
Hoofdstuk 6
De andere takken van het huis van Nassau
Hoofdstuk 7
Het derde huis van Oranje-Nassau
Hoofdstuk 8
De Walramse linie van het huis nassau
Hoofdstuk 9
De tak Nassau-Idstein en de tak Nassau-Weilburg na 1627
Hoofdstuk 10
Stadhouden Willem IV
Hoofdstuk 11
De oranje-nassau's in ballingschap
Hoofdstuk 12
De koningen der Nederlanden en de Hertogen van Nassau
Hoofdstuk 13
Koningin Wilhelmina
Hoofdstuk 14
Bernhard zur Lippe Biesterfeldt
Hoofdstuk 15
Naspel

(C) 2006 prive-uitgave J.H. Gouka
Niets uit deze webpagina's mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

No part of this site may be reproduced in any form by print, photoprint, microfilm of any other means without permission from the publisher.

Hit Counters

Hoofdstuk 9

DE TAK NASSAU-IDSTEIN EN DE TAK NASSAU-WEILBURG NA 1627.

Even helemaal terug naar Lodewijk II, graaf van Nassau-Weilburg. De elfde van zijn veertien kinderen was Johan, die bij de erfdeling graaf van Nassau-Idstein werd en de stichter van die tak van het Huis Nassau.

Johan (1603-1677), graaf van Nassau-Idstein - en Wiesbaden - werd tijdens de dertig-jarige oorlog uit zijn land verdreven, maar kreeg het bij de Vrede van Munster terug. Hij trouwde in 1629 met markgravin Sibylla van Baden-Durlach. Toen zij in 1644 stierf, hertrouwde hij twee jaar later met gravin Anna van Leiningen. Uit zijn eerste huwelijk werden negen, uit zijn tweede nog zestien kinderen geboren. Ook nu weer staat de moderne mens ontzet bij het constateren van de enorme kindersterfte.

Een droeve opsomming:

Anna Ottilia, werd elf jaar. Gustaaf Adolf, werd twee en dertig jaar; Rooms-Katholiek geworden, werd hij overste in het leger van de keizer en sneuvelde in Hongarije in een oorlog tegen de Turken. Een naamloze tweeling, zoon en dochter; naamloos omdat ze kort na de geboorte al stierven. Lodewijk Frederik, werd 22 jaar, was officier in het zweedse leger en sneuvelde bij Danzig. Bernardina-Sophia, werd zeven jaar. Johan, bereikte de leeftijd van twintig jaar. Sabina-Juliana, bereikte de leeftijd van vijf maanden. Tenslotte een dood geboren zoon, waarna korte tijd later de eerste echtgenote van graaf Johan van Nassau-Idstein stierf.

Graaf Johan hertrouwde twee en een half jaar later en uit het tweede huwelijk werden geboren de kinderen:

Karel, stierf voor zijn tweede jaar. Een doodgeboren tweeling. Christina-Elisabeth, werd 25 jaar, ongehuwd. Eleonora-Louise, werd drie en twintig jaar, eveneens ongehuwd. Ernestina, werd ruim één jaar oud. Een doodgeboren dochter. George-Willem, werd tien maanden. Johannetta, geboren in 1657, werd zij in 1680 de tweede echtgenote van de 22 jaar oudere graaf Christiaan van Waldeck. Zij overleefde haar echtgenoot 27 jaar en stierf in 1733, vijf en zeventig jaar oud. Sibylle-Charlotte, stierf 4 dagen voor haar tweede verjaardag. Een doodgeboren zoon. Dorothea-Amalia, werd geboren op 25 maart 1661, trouwde in 1679 met graaf Frederik van Wied, wiens tweede vrouw zij werd. Zij werd in 1709 weduwe en stierf in 1740. Philips-Lodewijk, werd anderhalf jaar oud. Een doodgeboren dochter. In 1666 werd het vijf en twintigste kind van graaf Johan van Nassau-Idstein, een zoon, doodgeboren.

Eén jaar eerder, in februari 1665, werd de zoon en opvolger van graaf Johan geboren.

George-August-Samuel (1665-1721) Hij was de eerste vorst van Nassau-Idstein en tevens de laatste. Hij trouwde in 1688 met prinses Henriëtte-Dorothea van Oetingen wiens moeder een prinses van Württemberg was. Uit het huwelijk werden 12 kinderen geboren, drie zonen die allen heel jong stierven en negen dochters.

Van de dochters stierven er twee als baby en de twee jongsten, toen dertien en elf jaar oud, stierven in 1721, evenals hun vader, aan de pokken.

Van de andere vijf dochters, was de oudste:

Christina-Louise (1691-1723), die in 1709 trouwde met de vorst van Oost-Friesland die kolonel was in het Staatse leger.

Henriëtte-Charlotte (1693-1734) volgde haar zuster in leeftijd en zij trouwde in 1711 met een hertog van Saksen-Merseburg.

Albertina-Juliana (1698-1722), trouwde in 1713 met een hertog van weer een andere tak van het Huis van Saksen, Willem van Saksen-Eisennach, wiens moeder en prinses van Nasau-Diets was. Deze hertog Willem van Saksen was ook kolonel in het Staatse leger.

Augusta-Frederika-Wilhelmina (1699-1750) trouwde in 1723 met haar neef Karel August van Nassau-Weilburg en het verhaal wordt eentonig, ook deze tot vorst verheven graaf van Nassau, had een militaire rang in het nederlandse leger.

Johannetta-Wilhelmina (1700-1756), tenslotte, de jongste volwassen geworden dochter van vorst George August Samuel, trouwde in 1719 met (toen nog graaf) Simon Hendrik Adolf van Lippe-Detmold, wiens moeder een prinses van Nassau-Dillenburg was. De graaf volgde in 1718 zijn vader op en werd in 1720 opgenomen in de Rijksvorstenstand van het Heilige Roomse Rijk der Duitse Natie. Deze Simon van Lippe was vrijheer van de hollandse enclave Vianen, die hij in 1725 verkocht aan de Staten van Holland.

DE TAK NASSAU-WEILBURG NA 1627.

Nu keren we terug naar de jongste zoon van graaf Lodewijk II van Nassau-Weilburg,

Ernst-Casimir (1607-1655), graaf van Nassau-Weilburg sedert 1627, tot 1632 regeerde hij onder voogdij van zijn oudere broer. Hij diende in het Staatse leger als kolonel van een deens huur-regiment.In 1634 trouwde hij met zijn nicht, gravin Anna Maria van Sayn-Wittgenstein. Haar moeder was een gravin van Nassau-Weilburg. Uit het huwelijk werden zes kinderen geboren, vier zonen en twee dochters. Van hen stierven er een dochter en drie zonen heel jong. Dochter Maria-Eleonora werd 42 jaar en trouwde in 1660 op 23-jarige leeftijd met de toen 21-jarige graaf Casimir van Eberstein. Het huwelijk duurde slechts zeven maanden en met de graaf stierf in december 1660 zijn geslacht uit.

Frederik ((1640-1675), graaf van Nassau-Weilburg, trouwde in 1663 met gravin Christina van Sayn-Wittgenstein, wier moeder een gravin van Waldeck was. Zij was zes jaar jonger dan hij en stierf drie jaar later dan haar echtgenoot in 1678. Uit het huwelijk werden drie kinderen geboren, een zoon Johan-Ernst die zijn vader opvolgde; een zoon Frederik-Willem die als officier in het keizerlijke leger sneuvelde tegen de Turken nabij - het latere - Boedapest, kort voor zijn 24-ste verjaardag. Dan was er een dochter die 78 jaar oud werd en ongehuwd bleef.

Johan-Ernst (1664-1719), graaf van Nassau-Weilburg, vorst sedert 1688. Hij was officier in het hessische, in het paltsische en in het nederlandse leger en bracht het tot Veldmaarschalk in het keizerlijke leger. Hij trouwde in 1683 - hij was toen 18 jaar - met de nog twee jaar jongere gravin Maria van Leiningen, wier moeder alweer een gravin van Waldeck was. Uit het huwelijk werden negen kinderen geboren, vijf dochters en vier zonen. Van de vijf dochters werden er maar twee volwassen, Magdalena-Henriëtte en Albertina, waarvan de laatste ongehuwd bleef. Zij bereikte de leeftijd van 55 jaar. Magdalena trouwde op 28-jarige leeftijd met graaf Frederik van Solms-Braunfels, die, maar toen was zijn vrouw al overleden, in 1742 in de duitse vorstenstand werd opgenomen. Magdalena werd maar 34 jaar oud.

Van de zonen werd de oudste, Frederik, kapitein in het nederlandse leger en sneuvelde op bijna 20-jarige leeftijd in de Slag bij Spiers. Zoon Karel-Ernst was 20 jaar toen hij stierf. Zoon Hendrik werd maar 11 maanden oud. Graaf Johan-Ernst werd dus opgevolgd door de enige overgebleven zoon, Karel-August.

Karel-August ( 1685-1753) volgde in 1719 zijn vader op als vorst van Nassau-Weilburg. Ook hij was officier in het nederlandse leger en had daar - in 1727 - tenslotte de rang van luitenant-veldmaarschalk. In 1723 trouwde hij met prinses Augusta van Nassau-Idstein. Uit het huwelijk werden 7 kinderen geboren. Achtereenvolgens zes dochters, daarna een zoon. Van die dochters stierven er vier heel jong en bleef er een ongehuwd. Zij stierf op bijna 31-jarige leeftijd. Alleen de zesde dochter, Polyxena-Louise, trouwde op 17-jarige leeftijd in 1750 met de vijf jaar oudere graaf Simon van Lippe-Detmold, wiens moeder een prinses van Nassau-Idstein was. Polyxena overleed in 1764, waarna de inmiddels ook tot vorst bevorderde Simon van Lippe nog drie maal trouwde.

Toen Karel-August overleed in 1753, werd Hij als vorst van Nassau-Weilburg opgevolgd door zijn enige zoon Karel-Christiaan.

En wie was die man dan wel? Juist, hij werd in Den Haag in maart 1760 de echtgenoot van prinses Carolina van Oranje-Nassau. Een huwelijk waarbij als het ziekelijke broertje van Carolina zoals werd verwacht, zou overlijden, alle Nassause erflanden weer in één hand verenigd zouden zijn en bovendien aan de prinses het stadhouderschap over alle gewesten van de Republiek der Verenigde Nederlanden zou toevallen.

We zijn na een ware rondedans van Nassauwers en de paar families waar zij voortdurend introuwden, terug bij de kinderen van Erfstadhouder Willem IV. Behalve met leden van andere takken van het Huis Nassau; met leden van de families de Solms-Braunfelsen; de Sayns; de Baden-Durlachs; de Württembergs, de Saksen-Weimars; de Lippe-Detmolts: de Waldecks; de Wieds. Allemaal duitse gravenfamilies die ook allemaal werden verheven in de Rijksvorstenstand. Of meedreven in de devaluatie van de adellijke titels in de 18-de eeuw, zo kan men het ook zeggen.