|
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
|
1) | Het boek des geslachts1) van JEZUS CHRISTUS, den Zoon van David, den zoon van Abraham.2) |
2) | Abraham gewon3) Izak, en Izak gewon Jakob, en Jakob gewon Juda, en zijn broeders; |
3) | En Juda gewon Fares en Zara bij Thamar;4) en Fares gewon Esrom, en Esrom gewon Aram; |
4) | En Aram5) gewon Aminadab, en Aminadab gewon Nahasson, en Nahasson gewon Salmon; |
5) | En Salmon gewon Booz bij Rachab, en Booz gewon Obed bij Ruth, en Obed gewon Jessai; |
6) | En Jessai gewon David, den koning; en David, de koning, gewon Salomon6) bij degene,7) die Uria's vrouw was geweest; |
7) | En Salomon gewon Roboam, en Roboam gewon Abia, en Abia gewon Asa; |
8) | En Asa gewon Josafat, en Josafat gewon Joram, en Joram gewon Ozias;8) |
9) | En Ozias gewon Joatham, en Joatham gewon Achaz, en Achaz gewon Ezekias; |
10) | En Ezekias gewon Manasse, en Manasse gewon Amon, en Amon gewon Josias; |
11) | En Josias gewon Jechonias,9) en zijn broeders, omtrent de Babylonische overvoering.10) |
12) | En na de Babylonische overvoering gewon Jechonias Salathiel,11) en Salathiel gewon Zorobabel; |
13) | En Zorobabel gewon Abiud, en Abiud gewon Eljakim, en Eljakim gewon Azor; |
14) | En Azor gewon Sadok, en Sadok gewon Achim, en Achim gewon Elihud; |
15) | En Elihud gewon Eleazar, en Eleazar gewon Matthan, en Matthan gewon Jakob; |
16) | En Jakob gewon Jozef,12) den man van Maria, uit welke geboren is JEZUS, gezegd13) Christus. |
17) | Al de geslachten dan, van Abraham tot David, zijn veertien geslachten;14) en van David tot de Babylonische overvoering, zijn veertien geslachten; en van de Babylonische overvoering tot Christus, zijn veertien geslachten. |
18) | De geboorte van Jezus Christus was nu aldus; want als Maria, Zijn moeder, met Jozef ondertrouwd was, eer zij samengekomen waren,15) werd zij zwanger16) bevonden uit den Heiligen Geest.17) |
19) | Jozef nu, haar man, alzo hij rechtvaardig was, en haar niet wilde openbaarlijk te schande maken,18) was van wil haar heimelijk te verlaten.19) |
20) | En alzo hij deze dingen in den zin had, ziet, de engel des Heeren verscheen hem in den droom, zeggende: Jozef, gij zone Davids! wees niet bevreesd Maria, uw vrouw, tot u te nemen; want hetgeen in haar ontvangen is,20) dat is uit den Heiligen Geest; |
21) | En zij zal een Zoon baren, en gij zult Zijn naam heten JEZUS; want Hij zal Zijn volk21) zalig maken van hun zonden. |
22) | En dit alles is geschied, opdat vervuld zou worden, hetgeen van den Heere gesproken is, door den profeet, zeggende: |
23) | Ziet, de maagd22) zal zwanger worden, en een Zoon baren, en gij zult23) Zijn naam heten Emmanuel;24) hetwelk is, overgezet zijnde, God met ons. |
24) | Jozef dan, opgewekt zijnde van den slaap, deed, gelijk de engel des Heeren hem bevolen had,24) en heeft zijn vrouw tot zich genomen; |
25) | En bekende haar niet, totdat25) zij dezen haar eerstgeboren Zoon gebaard had;26) en heette Zijn naam JEZUS. |